Morgen lanceren de vijf Vlaamse universiteiten gezamenlijk de eerste oproep tot het indienen van iBOF-projecten. Voor de eerste keer worden middelen van de vijf universiteiten samengebracht om onderzoeksconsortia te financieren met onderzoekers uit meerdere instellingen. “Met de vorming van deze interuniversitaire consortia willen de Vlaamse rectoren de krachten bundelen. We willen op deze manier het Vlaams wetenschappelijk onderzoek nog meer op de kaart zetten en laten doorgroeien naar een internationaal excellentieniveau”, zegt Luc Sels, voorzitter van de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR). Gerenommeerde buitenlandse experten zullen de projectvoorstellen beoordelen. De beschikbare enveloppe voor deze eerste oproep bedraagt minstens 30 miljoen euro.
Met de Bijzondere Onderzoeksfondsen (BOF) heeft de Vlaamse regering jaren geleden elke universiteit een strategisch instrument gegeven om een autonoom beleid inzake wetenschappelijk onderzoek te voeren, gebaseerd op eigen prioriteiten en noden, maar steeds met excellentie als selectiecriterium. Om die reden neemt het BOF-mechanisme binnen de waaier van bestaande financieringskanalen een unieke positie in. “De evaluatie die de Vlaamse regering in 2018 liet uitvoeren, toont aan dat onze universiteiten verantwoordelijk, efficiënt en effectief omgaan met de geboden autonomie”, zegt Koen Verlaeckt, secretaris-generaal van de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR).
Met de iBOF-financiering leggen de universiteiten nu middelen samen uit hun onderzoeksfondsen. Zo wordt excellent, kennisgrensverleggend onderzoek (‘frontier’ of ‘blue sky research’) gesteund dat wordt uitgevoerd in een samenwerking van minstens drie promotoren van minstens twee Vlaamse universiteiten. Een iBOF-project brengt toponderzoekers samen, al dan niet in combinatie met veelbelovende onderzoekers met groot potentieel die dankzij een dergelijk interuniversitair project Vlaanderen internationaal (nog meer) op de kaart zetten. Het aanvragende consortium moet een onderling overlegd onderzoeksvoorstel met een looptijd van 4 jaar indienen, waarin elke promotor expertise aanbrengt die essentieel is voor de uitvoering van het voorstel. Tegelijk moeten de promotoren complementair en/of wederzijds versterkend zijn en hebben ze elkaar nodig om het project in synergie te kunnen uitvoeren. Voorstellen kunnen worden ingediend in alle wetenschapsdisciplines.
De Vlaamse regering heeft de BOF-regelgeving dit voorjaar aangepast in nauw overleg met de Vlaamse Interuniversitaire Raad. “Het resultaat mag gezien worden, met scherpe klemtonen op interuniversitaire samenwerking, excellentie, internationale samenwerking en interdisciplinariteit. Een duidelijke blijk van vertrouwen vanwege de Vlaamse regering in de kracht van onze universiteiten en in het belang van fundamenteel onderzoek voor welzijn en welvaart”, zegt Luc Sels. “Wij hopen dan ook dat de volgende regering dit pad verder zal blijven bewandelen en de nodige zuurstof zal blijven geven aan fundamenteel onderzoek.”