Gedetineerden uit negen Europese landen kregen het afgelopen jaar, in het kader van het FORINER-project, de kans om afstandsonderwijs te volgen in hun eigen taal en georganiseerd door hun land van afkomst. Het proefproject moest nagaan of de kloof gedicht kan worden tussen gedetineerden die in eigen land in de gevangenis zitten en die makkelijk toegang hebben tot opleidingspakketten, en buitenlandse gedetineerden die meestal verstoken blijven van opleidingsmogelijkheden.
 
Het project wordt gecoördineerd door het Vlaams Ondersteuningscentrum voor het Volwassenenonderwijs (VOCVO) en onder meer ondersteund door een aantal Europese organisaties (de European Prison Education Association, EuroPris, Confederation of European Probation). De vakgroep Educatiewetenschappen van de VUB deed de wetenschappelijke begeleiding van het Europese project.
 
"Buitenlandse gedetineerden kunnen vaak enkel cursussen volgen om de taal van het land waarin ze gedetineerd zijn te leren", zegt postdoctoraal VUB-onderzoeker Dorien Brosens. "Dat is niet altijd nuttig op lange termijn. Veel van de gedetineerden keren na hun detentie terug naar hun land van herkomst. Cursussen die meer aansluiten bij hun noden worden nauwelijks aangeboden. Het Europees project FORINER wilde hier verandering in brengen."
 
Van de negen deelnemende Europese landen boden er zes lespakketten aan voor hun in het buitenland gevangen gezette onderdanen. België bood zelf geen lespakketten aan, maar buitenlandse gedetineerden in België konden wel lespakketten uit andere landen ontvangen.
 
Het recht op onderwijs, als factor in de re-integratie, is onderdeel van de Europese gevangenisrichtlijnen. In een aanbeveling van 2012 staat uitdrukkelijk dat de gevangenisdirecties rekening moeten houden met de individuele noden van gedetineerden, wat kan inhouden dat ze cursussen moeten kunnen volgen in de taal van het land waar ze na hun detentie zullen wonen. Vaak is dat hun thuisland.
 
De Nederlandse organisatie 'Educatie achter buitenlandse tralies' stuurt al jaren onderwijspakketten naar Nederlandse burgers die in het buitenland in de gevangenis zitten. Uit hun praktijk blijkt dat gevangenisdirecties grote waardering hebben voor de wijze waarop de educatie wordt aangeboden aan buitenlandse gedetineerden. Ze zijn ook tevreden dat gedetineerden een certificaat krijgen wanneer ze een opleiding succesvol afronden. Amerikaanse onderzoekers hebben de effectiviteit van educatie tijdens detentie onderzocht op basis van 58 eerdere onderzoeken. Hieruit blijkt dat gedetineerden die tijdens hun detentieperiode een cursus hebben gevolgd 13% meer kans hebben op tewerkstelling na vrijlating én 43% minder kans hebben om te recidiveren. "Buitenlandse gedetineerden zijn heel gemotiveerd om een cursus uit hun thuisland te volgen", weet Brosens. "Ze wilden leren over een interessant onderwerp en denken dat ze hierdoor gemakkelijk aan een job zullen geraken na vrijlating. Daarnaast willen ze hun tijd in de gevangenis nuttig besteden. Nogal wat gedetineerden leren beter lezen en schrijven in de gevangenis. Door cursussen te volgen verbeteren hun schrijf – en leesvaardigheden aanzienlijk.”
 
"Tijdens het proefproject kwamen een aantal knelpunten duidelijk naar voren", aldus Brosens. "Zo blijken onze gevangenissen in Europa niet klaar voor afstandsonderwijs, tenminste niet als het digitaal moet verlopen. Op één na waren al de cursussen op papier. Het enige geslaagde digitale proefproject was mogelijk in een Belgische gevangenis. Ook al hebben we nog een weg te gaan om digitaal afstandsonderwijs in alle Belgische gevangenissen mogelijk te maken, mogen we hier toch fier op zijn. Het valt ook niet mee om de kwaliteit van de aangeboden cursussen te evalueren. Voorts zijn er niet altijd voldoende lessenpakketten aanwezig.”
 
In 2016 had gemiddeld 44 procent van de gedetineerden in Belgische gevangenissen niet de Belgische nationaliteit. Bijna 10 procent van de gevangenisbevolking was Marokkaans, gevolgd door 5,3 procent Algerijnen, 3,3 procent Roemenen en 3,1 procent met de Nederlandse nationaliteit.  "Een van die Nederlanders is bezig om in een Belgische gevangenis cursussen te volgen om zijn diploma van het secundair onderwijs te halen”, weet Brosens. "De meeste andere buitenlandse gedetineerden volgden een cursus management, boekhouden of zelfs geschiedenis."
 
Brosens hoopt in de toekomst de naar schatting vierhonderd Belgen die in het buitenland gevangen zitten ook cursussen aan te kunnen bieden. "Het FORINER-consortium heeft daarvoor een aantal duidelijke beleidsaanbevelingen geformuleerd richting Europese, maar ook nationale en regionale overheden om dit mogelijk te maken.”
 
Meer info en het volledig rapport vindt u hier.