CLIL is een vorm van meertalig onderwijs waarbij een niet-taalvak in een vreemde taal gegeven wordt. In Vlaanderen is CLIL sinds 2014 toegelaten terwijl men in Nederland al bijna 30 jaar bezig is hiermee. “Hoewel ons voortraject zeer verschillend is, kunnen we nog veel van elkaar leren. We willen dan ook graag zoveel mogelijk ‘gluren bij de buren’ om zo alle betrokken partijen sterker te maken” stelt Onno Van Wilgenburg van Nuffic.
Op dit congres werd sterk ingezet op delen en samen actief aan de slag gaan. Deelnemers werden dan ook vaak aan het werk gezet. Onderzoekers en universiteiten moeten hun maatschappelijke verantwoordelijkheid durven opnemen. Via dit soort initiatieven hopen we bruggen te bouwen tussen de verschillende stakeholders en zo constructieve samenwerkingsverbanden op te bouwen, zegt organisatrice Jill Surmont, professor vakdidactiek talen in de specifieke lerarenopleiding van de VUB. “De VUB maakt er al een tijdje haar missie van om haar maatschappelijke verantwoordelijkheid op te nemen en zet ook sterk in op meertaligheid. Deze tweedaagse past dan ook volledig binnen het algemene beleid van de VUB,” vult professor linguïstiek Esli Struys aan.
Nood aan ondersteuning
Dat er interesse is voor dergelijke initiatieven bleek uit de talrijke opkomst van zowel leraren, academici als mensen uit het middenkader zoals de pedagogische begeleidingsdiensten. “Uit ons praktijkgericht onderzoek ‘CLIL in Vlaanderen’ blijkt onder andere dat CLIL-leraren goed voorbereid zijn om met CLIL te starten, maar dat ze eenmaal bezig nog met vragen en problemen zitten waarvoor ze niet altijd gemakkelijk een oplossing vinden. We probeerden leerkrachten hier dan ook zo veel mogelijk te laten delen met anderen, zodat ze hun ideeën, problemen en mogelijke oplossingen konden aftoetsen” stelt Liesbeth Martens die vanuit de lerarenopleiding van de UCLL dit congres mee organiseerde. Ook Hilde Crevits, minister van onderwijs, was opgetogen over dit initiatief. Ze verwees naar het evaluatierapport rond CLIL van de onderwijsinspectie waaruit bleek dat er meer overleg en uitwisseling tussen allerlei belanghebbenden moest zijn. Ze bedankte alle deelnemers voor hun enthousiasme en sloot af met de boodschap dat ze geloofde in CLIL en de kansen die deze vorm van meertalig onderwijs voor alle leerlingen creëert.
Toekomstplannen
Aan deze succesformule wordt nog een vervolg gebreid, zo belooft Tessa Mearns, professor binnen de lerarenopleiding van de universiteit van Leiden: We zijn van plan om alle participanten nog een follow-up te bezorgen waarin we een overzicht maken van alle onderzoeksresultaten en tips uit workshops en andere ideeën die gegroeid zijn tijdens het congres. Daarnaast zal er binnen twee jaar een nieuwe editie komen. We hopen dan ook dat de CLIL Connect Conference een vaste waarde wordt binnen het Belgisch-Nederlands CLIL-verhaal.