Student Jehan Arrazola de Oñate deed in het kader van de Stage Master Geschiedenis onderzoek naar hoe de problematiek van de mensen zonder papieren actueel werd aan de universiteit.
Op het eind van 1998 manifesteren ongeveer 1500 personen aan de Begijnhofkerk in het centrum van Brussel, een opvangplaats voor mensen zonder papieren. De manifestanten roepen de universiteiten op om deze personen te helpen in hun uitzichtloze situatie en opvang aan te bieden. De actiegroep “Vluchten kan niet meer”, een initiatief van VUB-studenten, vraagt de universiteit tijdens de winter 40 tot 60 personen onderdak te geven. Bovendien vraagt zij dat de VUB een maatschappelijk standpunt inneemt die de problematiek rond het asielbeleid aankaart. Uiteindelijk beslist de VUB dat twee weken onderdak zal worden verleend aan 24 sans-papiers in de STOA, voorzien van catering en sanitair. Via deze actie, gesteund door studenten, proberen ze de uitgeprocedeerde personen een platform aan te bieden en in contact te brengen met de VUB gemeenschap. Tijdens hun verblijf gaan de mensen zonder papieren dagelijks in dialoog met studenten en personeel. Het dagelijkse krantje “Gazet Zonder Papieren”, brengt elke dag het verhaal van een uitgeprocedeerde persoon. Op 27 januari keren de sans-papiers terug naar de Begijnhofkerk. Een kleine maand later verhuizen ze naar de ULB, waar ze twee weken zullen verblijven. De ULB beslist om de mensen zonder papieren uit te nodigen nadat ze de actie van de VUB hebben gezien.
Zes dagen na de aankomst van de sans-papiers publiceert de Raad van Bestuur een standpunt. De universiteit dringt hierin bij de overheid aan om een grondige en humane oplossing uit te werken rond deze problematiek. Maar de studenten, die op het standpunt hebben aangedrongen, vinden dat het erg laat komt en menen dat de VUB zich door haar traagheid distantieert van de sans-papiers en haar eigen verleden en waarden. Het standpunt dat wordt ingenomen door de universiteit is voor velen ook niet radicaal genoeg.
Na een brand in de Begijnhofkerk wordt in december 2000 opnieuw onderdak aangeboden aan mensen zonder papieren. Ditmaal verblijven 18 personen voor een periode van 10 dagen in tenten geplaatst in de voormalige Ijskelder te Oudergem, een eigendom van de VUB. Ook deze actie is een initiatief van studenten en wordt financieel ondersteund door de Unie voor Vrijzinnige Verenigingen.
Het verblijf van mensen zonder papieren aan de universiteit in het laatste decennium is getekend door meer problemen. Op woensdag 3 december 2008 arriveren een honderdtal sans-papiers op campus Oefenplein, nadat de ruimte die wordt aangeboden door de ULB niet snel genoeg verwarmd raakt. Rector Paul De Knop wijst hen twee verblijfsplaatsen aan: een huis dat eigendom is van de VUB op de Triomflaan en een parkeergarage, eerst deze onder gebouw K en nadien de parkeergarage van gebouw B, die van noodinrichting wordt voorzien. De sans-papiers worden vergezeld door de Union de défense des sans-papiers (UDEP). UDEP is opgericht door ULB-studenten en had eerder in het academiejaar al actie gevoerd op de VUB. Ditmaal dreigen de UDEP en mensen zonder papieren met een hongerstaking. Ze willen de regering met hun acties onder druk zetten en hopen de Vlaamse studenten te sensibiliseren. Het verblijf mondt uit in een bezetting en een hongerstaking die 59 dagen zal duren. Uiteindelijk verlaten alle sans-papiers de VUB uit vrije wil op 1 augustus.
De problematiek blijft terugkomen. De ULB en de VUB bieden eind 2011 gezamenlijk onderdak aan 25 personen zonder papieren in de Vesalius-lokalen. Door de onmacht die deze personen ervaren in verband met hun toestand gaan ze op 14 januari in hongerstaking. Door de geplande renovatiewerken moeten de mensen zonder papieren zich na 1 maart verplaatsen naar Triomflaan 36, waar ze de toestemming krijgen om tot 1 juli te blijven. Tijdens de hongerstaking betogen een honderdtal studenten aan het kabinet van staatssecretaris voor Asiel en Migratie Maggie De Block. De vraag naar steun voor de sans-papiers aan de staatssecretaris blijft echter onbeantwoord. De hongerstaking duurt in totaal 102 dagen en krijgt veel media-aandacht. Dit omdat tijdens de actie onder meer één van de sans-papiers zijn mond dichtnaait. Voordat de mensen zonder papieren deze drastische maatregelen ondernamen was de aandacht van de pers miniem voor hun situatie, tot ongenoegen van veel studenten.
De geschiedenis van de mensen zonder papieren aan de VUB lijkt dus onlosmakelijk verbonden met de studentengemeenschap. Elke actie gevoerd door en op de universiteit werd steeds ondersteund door geëngageerde studenten. De oorlogen in het Midden-Oosten zullen daarna het nieuws gaan beheersen. De problematiek verschuift daardoor naar de vluchtelingenstroom. Doordat de Brusselse universiteiten door de sans-papiers sterk gesensibiliseerd zijn, zullen ze snel een morele voortrekkersrol gaan spelen in de ontvangst van vluchtelingen.