VUB-onderzoekster Stephanie Vanclooster volgde twee jaar lang de ouders, leraars en zorgverleners van kinderen die na hun behandeling tegen hersentumor terug naar school gingen. Uit haar onderzoek blijkt dat de terugkeer voor deze leerlingen niet van een leien dakje loopt. Hoewel ze blij zijn om hun dagelijkse schoolroutine weer op te nemen, worden ze geconfronteerd met leermoeilijkheden en psychosociale problemen waar ze vroeger geen last van hadden. Ook ouders vrezen dat hun kind achterop zal geraken en dat de school eventuele problemen onvoldoende zal herkennen en opvolgen. Leerkrachten geven ook aan dat ze het moeilijk vinden om het niveau van de leerling goed in te schatten en hun lesaanpak hier op af te stemmen. Ondanks deze pijnpunten, blijkt dat de betrokkenheid van professionele zorgverleners bij de terugkeer geen vanzelfsprekendheid is.
Informatie-uitwisseling is cruciaal
Om de reïntegratie van deze leerlingen na hun behandeling te verbeteren, is er volgens Vanclooster dringend nood aan verbeterde, gecoördineerde aanpak waarbij ouders, scholen en zorgverleners hun kennis bundelen. Zo kunnen deze kinderen vlotter aansluiting maken met de klas. Dat heeft mogelijk een positief effect op hun latere schoolcarrière.
“Terug naar school gaan is een belangrijke mijlpaal in het genezingsproces. Maar het vormt een grote uitdaging voor de leerlingen, hun ouders en leerkrachten. Om die reïntegratie zo vlot mogelijk te laten verlopen, is het belangrijk dat iedereen goed geïnformeerd is over de situatie van de leerling. Dat is vandaag niet altijd het geval en vooral de kloof tussen zorg en onderwijs is groot. Daarom is het belangrijk dat ouders, leerkrachten en ook professionele zorgverleners vooraf samenzitten en evalueren: welke verwachtingen mogen we stellen? Voor welke obstakels staat het kind? Is er extra zorg nodig? Dit moeten ze systematisch doen. Maatschappelijke zorgstructuren of diensten die scholen ondersteunen kunnen ook helpen om de kloof tussen onderwijs en zorg te verkleinen.” vertelt Vanclooster.
De Mental Health and Wellbeing Research Group
De Mental Health and Wellbeing Research Group (MENT) doet sociaal-wetenschappelijk onderzoek op het vlak van mentale gezondheid en algemeen welbevinden in de brede populatie en bij kwetsbare groepen, binnen en buiten de gezondheidszorg, en vertrekkend vanuit een holistische bio-psycho-sociale visie op gezondheid en ziekte (voorzitter: Prof. J. Bilsen)