De wijk Vogelenzang in de gemeente Anderlecht telt drie basisscholen en één hele grote middelbare school. Alles samen gaan er elke dag bijna 1500 leerlingen naar de klas en dat leidt tot verkeersonveilige situaties. 1251 schoolkinderen, van vijf tot achttien jaar oud, hebben samen met onderzoekers van de VUB-onderzoeksgroep Mobilise een nieuwe schoolomgeving ontworpen, waarvoor ze een aangepast circulatieplan moesten uitdokteren en suggesties deden voor een re-design van de bestaande verkeersinfrastructuur. De plannen liggen nu bij het gemeentebestuur.
“Het straffe van het verhaal is dat het deze keer vooral de schoolkinderen zelf zijn die het plan in elkaar hebben gestoken”, zegt doctoranda Sara Tori, die het onderzoek mee leidde. “Initieel wilde de gemeente Anderlecht een schoolstraat instellen rond de scholen, maar daar waren niet alle buurtbewoners voor te vinden. De buurt is, buiten de scholen, residentieel en er zijn slechts drie ingangen waarlangs je Vogelenzang binnen kan rijden. Dat zorgt elke ochtend voor een piek in de verkeersdrukte, waarbij automobilisten draaien op onmogelijke plaatsen of andere manoeuvres uitvoeren die voor verkeersonveiligheid zorgen.”
Uit een eerste navraag bleek dat niet minder dan 40 procent van de kinderen met de auto naar school komt. Dat is vooral het geval in de basisscholen en de lagere jaren van het secundair. “De ouderejaars in het secundair komen in meerderheid met het openbaar vervoer, en komen doorgaans van verder dan de leerlingen uit de basisscholen”, weet Tori.
Tori en haar collega’s besloten alle gebruikers van de buurt te bevragen om een beeld te krijgen van hun noden en verzuchtingen. De enquête werd door 1251 leerlingen, 260 ouders, 86 leerkrachten en 69 buurtbewoners ingevuld. “De jongste kinderen kregen begeleiding bij het invullen van de vragenlijst, vanaf het derde leerjaar deden ze dat zelfstandig. De leerlingen hebben vooral vragen rond mobiliteit, zijn bang om te laat te komen en hebben angst voor ongelukken. Vooral bij jongere kinderen en bij hun ouders zorgt dat ervoor dat slechts in 5 procent van de gevallen voor de fiets gekozen wordt als vervoermiddel naar school, terwijl een derde van hen aangeeft eigenlijk graag met de fiets naar school te willen komen.”
Tijdens de enquêtes en de workshops met de leerlingen werd ook gevraagd naar hoe de doelgroepen hun buurt wilden herontwerpen of wat er nodig was om de buurt veiliger te maken. Bij kinderen, ouders en leerkrachten klinken gelijkaardige wensen over betere voetgangers- en fietsinfrastructuur. De leerlingen willen de toegankelijkheid voor autoverkeer moeilijker maken, de ouders willen de toegankelijkheid voor auto’s veeleer faciliteren. De buurtbewoners van hun kant zien vooral heil in verkeersvertragende ingrepen en vragen ook expliciet naar afdwingbare verkeersregels voor de wijk. “Ook een deel van de buurtbewoners vindt de huidige verkeerssituatie problematisch” zegt Tori.
Op basis van de vragen en suggesties maakten de VUB-onderzoekers een ontwerp voor de buurt dat zo goed mogelijk rekening hield met de noden van alle stakeholders. In het design zijn betere voetpaden, een fietspad dat alle scholen verbindt, aangepaste circulatierichting voor autoverkeer en nog veel meer opgenomen. Eén straat, nabij de Steinerschool, zou ook een schoolstraat worden met aangepaste regels. “We stapten met de plannen naar de gemeente Anderlecht, waar men bijkomende vragen heeft gesteld over de concrete uitvoering van ons gezamenlijk ontwerp. We zijn nu bezig met een update. De gemeente bezint zich over het uitvoeren van de plannen, maar de wil is er duidelijk wel. Het is denk ik een primeur, dat ook schoolkinderen de kans krijgen om ook hun wensen voor de buurt waarin ze schoollopen in een ontwerp mee vorm te kunnen geven.”