Om de uitdagingen waar stedelijke landbouwinitiatieven voor staan volledig in kaart te brengen, ontwikkelde Manganelli met de Hybrid Governance Approach een nieuw denk- en analysekader. Op basis van onder meer empirisch onderzoek bij verscheidene Brusselse stedelijke landbouwprojecten (Boeren Bruxsel Paysans, GASAP Community Supported Agriculture Network en Do Good Food), voedselveiligheidsorganisaties en beleidsinitiatieven rond voeding, onderscheidt Manganelli zo drie grote hindernissen. Ten eerste krijgen (groeiende) landbouwinitiatieven af te rekenen met organisatorische obstakels zoals het dagdagelijkse runnen van het initiatief, ingewikkeldere besluitvormingsprocessen en praktische problemen die gelinkt zijn aan hogere productie zoals meer logistiek. Ten tweede botsen deze projecten op grondstofproblemen zoals voldoende financiële middelen, mankracht en vruchtbare landbouwgrond. Ten derde staan ze ook voor institutionele uitdagingen die te maken hebben met het (politieke) beleid op zowel lokaal, regionaal als nationaal niveau.
“Om deze alternatieve voedselproductnetwerken of initiatieven te organiseren, is het cruciaal om te vertrekken vanuit hun hybride karakter. Ze zitten namelijk tussen verschillende sectoren, bestuursniveaus en bevoegdheden en breken met de traditionele tweedelingen zoals staat versus markt. Het is net die hybriditeit die stedelijke landbouwprojecten zo boeiend maken en in het bijzonder binnen de complexe politieke structuur van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en eigenlijk ook België bij uitbreiding.”
Spieken bij Toronto
Naast Brusselse projecten, onderzocht de VUB-wetenschapster ook landbouwinitiatieven in Toronto die er al langer bestaan. Ze stelt vast dat dankzij voldoende grondstofvoorziening en actie van belangrijke voedselbeleidsorganisaties, Toronto er in geslaagd is om de nodige omkadering te voorzien voor stedelijke landbouw.
Op basis hiervan stelt Manganelli ook een reeks maatregelen voor die nodig zijn om Brusselse landbouwinitiatieven te ondersteunen. Ze gelooft onder meer dat stedelijke landbouwprojecten in de eerste plaats meer moeten samenwerken om bijvoorbeeld het gebrek aan beschikbare grond en de versnippering ervan het hoofd te bieden. Daarnaast pleit ze voor meer politieke steun en meer omkadering voor lokale voedselproductie in het beleid en administaties.
“Alternatieven voor traditionele landbouw zoals stadslandbouwintiatieven zijn natuurlijk vrij recent. Het is dus ook niet abnormaal dat het bestuur of beleid zich daar nog niet helemaal aan heeft aangepast. Maar er is wel duidelijk aandacht voor deze initiatieven en wellicht zullen ze steeds hoger op de politieke agenda staan, zeker als stadlandbouw populairder wordt. Toronto toont dat het inderdaad mogelijk is om lokale landbouwinitiatieven een plaats te geven en beleidsmatig te ondersteunen. Je zou het kunnen zien als een voorbeeld voor Brussel”, besluit Manganelli.
Lees meer op milieumagazine.be.