Academici uit Brazilië, Cuba, Liberia en DR Congo zullen op 15 mei de eregasten zijn in de Brusselse BOZAR, waar de vijf Vlaamse rectoren namens hun universiteit voor de eerste keer in een gezamenlijke plechtigheid eredoctoraten zullen uitreiken in het kader van de universitaire ontwikkelingssamenwerking. De academische zitting wordt georganiseerd door VLIR-UOS (Vlaamse Interuniversitaire Raad – Universitaire Ontwikkelingssamenwerking), dat dit academiejaar zijn twintigste verjaardag viert.
VLIR-UOS is het platform waarbinnen het Vlaamse hoger onderwijs al sinds 1998 samenwerkt in het kader van universitaire ontwikkelingssamenwerking. Met middelen van de federale overheid is de organisatie de belangrijkste financier van samenwerkingsprojecten tussen academici uit Vlaanderen en het Zuiden, en van beurzen voor studenten en professionals uit Vlaanderen en het Zuiden.
Maatschappelijk engagement
“De eredoctoraten worden toegekend aan mensen uit het Zuiden, mensen die actief zijn binnen het domein van de universitaire ontwikkelingssamenwerking, en die wetenschappelijk en/of beleidsmatig werk met een belangrijke ontwikkelingsimpact verrichten”, vertelt Kristien Verbrugghen, directeur van VLIR-UOS. “Met deze gezamenlijke activiteit maken de vijf universiteiten ook een duidelijk statement over hun maatschappelijk engagement in het kader van ontwikkelingssamenwerking.”
“We reiken deze eredoctoraten uit met de vijf Vlaamse universiteiten samen, om duidelijk te maken dat samenwerking de beste manier is om alle mogelijke expertise te bundelen”, zegt Herman Van Goethem, rector van UAntwerpen en voorzitter van de VLIR. “Alleen zo kunnen we succesvol de globale uitdagingen zoals armoede, migratie, klimaatverandering en wereldwijde conflicten aanpakken.”
De laureaten komen uit vier verschillende landen en uit drie verschillende continenten. Als promotor treedt telkens de rector van de huldigende universiteit op.
- De Universiteit Hasselt kiest voor Clarice Garcia Borges Demétrio (Brazilië). Als experte in de biometrie geniet ze wereldwijd een uitstekende reputatie. Ze doceerde dan ook in tientallen universiteiten verspreid over de hele wereld. Daarnaast nodigde ze ook vele buitenlandse toponderzoekers uit naar Brazilië en zorgde ze er voor dat tientallen jonge Braziliaanse wetenschappers aan topinstellingen in het Westen konden gaan werken.
- Het eredoctoraat van de VUB gaat naar José Ramón Saborido Loidi (Cuba). De professor was jarenlang rector van de Universidad Central de Las Villas (UCLV) en is momenteel minister van hoger onderwijs. Sinds 1998 werken de VUB en de andere Vlaamse universiteiten nauw samen met het Cubaanse hoger onderwijs. Saborido Loidi toonde zich altijd een enthousiast voorstander van die samenwerking met meer Cubaanse universiteiten dan zijn eigen UCLV.
- De UGent reikt een eredoctoraat uit aan Leymah Roberta Gbowee (Liberia). Zij maakte mee een einde aan de burgeroorlog in haar land; in 2011 kreeg ze daarvoor samen met Ellen Johnson Sirleaf de Nobelprijs voor de Vrede. Sindsdien zet Gbowee zich wereldwijd in voor vrede en vrouwenrechten, onder meer als ambassadeur voor de Sustainable Development Goals van de Verenigde Naties. Met haar eigen stichting verleent ze studiebeurzen aan meisjes en jonge vrouwen, waarmee ze het belang van onderwijs voor ontwikkeling benadrukt. Momenteel leidt ze het ‘Women, Peace and Security program’ van Columbia University (VS).
- Nteranya Sanginga (DR Congo) wordt de nieuwe eredoctor van de KU Leuven. Als directeur-generaal van het International Institute for Tropical Agriculture (IITA) zet hij zich in voor de kleine Afrikaanse boeren. Hij moedigt het gebruik van nieuwe technologieën aan en probeert zo hun levenskwaliteit te verhogen. Op het vlak van onder meer armoedebestrijding en voedselveiligheid leverde zijn werk al mooie resultaten op.
- UAntwerpen plaatst Jean-Jacques Muyembe Tamfun (DR Congo) in de schijnwerpers. Hij is directeur van het Institut National de Recherche Biomédicale en professor aan de universiteit van Kinshasa. Muyembe Tamfun is een zeer actieve Congolese wetenschapper. In 1977 was hij betrokken bij het onderzoek naar de eerste uitbraak van ebola. Veertig jaar later is hij een autoriteit op het vlak van de besmettelijke ziekte.