Doctoraatsonderzoek uitgevoerd in de VUB onderzoeksgroep In Vitro Toxicologie en Dermato-cosmetologie, onder leiding van Professor Tamara Vanhaecke wijst uit dat sommige tampons en maandverbanden allergenen bevatten die vrijkomen bij gebruik. Allergenen zijn stoffen die een allergische reactie kunnen veroorzaken. Nochtans staan deze allergenen, zoals bij cosmetica verplicht is, niet op de verpakking vermeld. 

Doctoraatstudent Quinten Marcelis van de VUB-faculteit Geneeskunde en Farmacie trok naar de supermarkt, kocht daar vijtien gangbare merkproducten en simuleerde in het laboratorium in verschillende scenario’s of en hoeveel allergenen er vrijkwamen. In samenwerking met Sciensano, gingen ze de gezondheidsrisico’s van deze producten na. “Ik testte de tampons en maandverbanden eerst in extreme condities (verhoogde temperatuur), om te kijken of er allergenen in aanwezig waren”, zegt Marcelis. “Dat resulteerde in een lange lijst stoffen. De vraag was of die dan ook vrijkomen bij normaal gebruik en of dat in een eventueel schadelijke concentratie gebeurt.”

Om dat in het labo uit te zoeken moest Marcelis creatief zijn. Hij maakte menstruatiebloed na waarmee hij de hygiënische producten in contact bracht. Hij deed dat voor twee verschillende blootstellingsscenario’s: in het ene geval beperkte hij het gebruik van tampon of maandverband tot vier uur, in het andere geval tot acht uur.

“Dat leverde voldoende bewijs op omtrent het vrijkomen van allergenen”, zegt Marcelis. “Bij cosmetica bestaat er een lijst van 26 frequent voorkomende allergenen die op de verpakking vermeld moeten staan wanneer een limietconcentratie overschreden wordt. Van die 26 kon ik er vier met zekerheid aantonen waarbij één in een concentratie die mogelijks sensitisatie induceert. Opvallend was dat die allergenen enkel vrijkwamen bij producten waar een parfum in verwerkt zat, dat niet noodzakelijk alsdus op de verpakking werd vermeld. Sommige merken zetten dan woorden als ‘fresh’ op de verpakking zonder in detail te treden om welke stoffen het zou gaan.” 

Tegelijk keek Marcelis ook of er hormoonverstorende stoffen uit de producten vrijkwamen bij gebruik, of kleurstoffen voor problemen konden zorgen. Voor deze stoffen bleken de onderzochte producten veilig.

“Het lijkt me normaal dat er, naast de strenge wetgeving voor cosmetica, nu ook werk wordt gemaakt van een wetgeving voor vrouwelijke hygiënische producten die gebruikt worden bij ongesteldheid”, besluit Marcelis. “Voor mensen die een grotere gevoeligheid hebben voor bepaalde allergenen zou ik nu al aanraden om geen producten te kopen waarin parfums zitten of waar op de verpakking de illusie wordt gewekt dat dat zo is.”