Vorsers van de VUB vermoeden dat er een verband bestaat tussen de kwaliteit en de kwantiteit van de slaap van kinderen tussen 4 en 13 jaar en stottergedrag. Eerder onderzoek heeft aangetoond dat slaapproblemen kunnen zorgen voor slaperigheid, vermoeidheid aandachtsstoornissen, angst- en depressiesymptomen en dus, zo denken de VUB’ers, ook voor de intensiteit van stotters. 

"Kinderen vertonen vaak ‘onvloeiendheden’ in het spreken rond de leeftijd van 2 tot 5 jaar", zegt , VUB-slaapexpert prof. Olivier Mairesse. "Daarna, rond het 7e levensjaar, lost het probleem meestal zichzelf op bij ongeveer 75 procent van de kinderen. Bij sommigen kan het aanhouden tot de volwassenheid. Wij zijn voornamelijk geïnteresseerd in de beleving van ouders van lagere schoolkinderen omtrent slaap-, waak- en stottergedrag. Via netwerkanalyses, een vernieuwende analysemethode die het toelaat om complexe symptoomrelaties bloot te leggen, kijken we welke andere symptomen er bij de problematiek nog opduiken en hoe ze elkaar eventueel beïnvloeden.”

Het idee om slapen en stotteren aan elkaar te linken komt onder andere van vroegere experimenten, waarbij men stotterende jongeren hypnotica gaf om na te gaan of stotterintensiteit kon verminderd worden. Tegenwoordig wordt stotteren ook gelinkt aan ADHD. Ook hier is een link met het slaapgedrag: tekort aan slaap kan ADHD-achtige symptomen veroorzaken, en dus wellicht ook spraakonvloeiendheden. “De bedoeling is om op termijn therapeutische targets te identificeren via netwerk analyses, omdat we verwachten dat soms een beperkt aantal symptomen een heel kluwen aan andere symptomen kan veroorzaken of verklaren”, aldus Mairesse. 

De grote uitdaging voor het onderzoek is om voldoende proefpersonen te vinden. “Dergelijke analyses vereisen wel honderden tot duizenden deelnemers”, zegt Mairesse. “We namen al contact op met bijna 80 logopedisten met de vraag of ze potentiële patiënten in hun praktijk hadden die in ons onderzoek kunnen passen. We willen zowel stotteraars als niet- of ex-stotteraars in ons onderzoek betrekken. Tot nu zijn er 436 deelnemers, waarvan slechts 18 Nederlandstalige en een 7-tal Franstalige stotteraars. Er zitten in die onderzoeksgroep ook beduidend meer jongens dan meisjes, wat normaal is: er zijn meer jongens die stotteren dan meisjes.”

Wie in aanmerking denkt te komen voor het onderzoek kan zich melden bij Prof. Mairesse of surfen naar www.sleepresearch.be.