Voor haar masterthesis A la recherche du temps perdu. Object handling, reminiscence and storytelling practices for people with Alzheimer's living in a nursing home zocht VUB-studente Astrid Luypaert naar manieren om de zorg- en de erfgoedsector dichter bij elkaar te brengen. Ze deed dat in het kader van het community service opleidingsonderdeel ā€˜Projectā€™ in de VUB-master Kunstwetenschappen en Archeologie, onder leiding van Prof. Karin Nys. Luypaert ging voor haar onderzoek uit van een vraag van de Alzheimerliga en werkte samen met het Huis van Alijn in Gent en het woon- en verzorgingstehuis Heilig Hart in Kortrijk. 

Volgens de Alzheimerliga is er een groeiende diversiteit aan patiĆ«nten met dementie in de zorginstellingen en wordt het steeds complexer om voor die heel diverse groep mensen zinvolle activiteiten te verzinnen. ā€œIk heb gezocht naar technieken om van die diversiteit een troef te makenā€, aldus Luypaert.

Mensen met Alzheimer en andere vormen van dementie worden vaak in hun denken getriggerd door ze te confronteren met voorwerpen, teksten of muziek uit hun verleden. ā€œIn de klassieke perceptie heeft men de neiging terug te grijpen naar gekend erfgoed, zoals liedjes, voorwerpen en andere dingen die verwijzen naar het verleden van een patiĆ«ntā€, zegt Luypaert. ā€œUit een bevraging van de inwoners, professionele verzorgers en mantelzorgers van het Heilig Hart woonzorgcentrum in Kortrijk, over hĆŗn voorkeuren voor gekende of onbekende voorwerpen, bleek echter een duidelijke voorkeur voor het onbekende. De alzheimerpatiĆ«nten in Kortrijk kregen heel graag nieuwe dingen in handen. In tegenstelling tot wat men geneigd is te denken, leren ook zij nog graag elke dag bij. Er is te weinig aandacht voor het nieuwe in het aangereikte materiaal. Men houdt bovendien nauwelijks rekening met de tactiele kwaliteiten van de voorwerpen en met de esthetiek. Het opdiepen van voorwerpen die in het geheugen moeten graven naar punten van herkenning, is soms heel confronterend, zowel voor de patiĆ«nt als voor zijn omgeving. Ten slotte bleek het ook voor alzheimerpatiĆ«nten belangrijk dat ze voorwerpen in hun handen kregen met een grote erfgoedwaarde: een voorwerp uit een museum had meer succes dan een dagelijks voorwerp uit de onmiddellijke omgeving.ā€

Luypaert onderzocht voorts of de plaats en de context ook een rol speelden in de beleving. ā€œHeel vaak vinden activiteiten rond kunstbeleving in een museum plaatsā€, zegt Luypaert. ā€œVoor alzheimerpatiĆ«nten blijkt dat niet noodzakelijk een goede omgeving. Voor sommigen is het een meerwaarde, voor een meerderheid is het beter om het museum naar hen toe te laten komen: ze raken in een museum soms overgeprikkeld door het geluid, de activiteit en de andere aanwezigen. Het museum binnenbrengen in het woonzorgcentrum zorgt voor een grotere participatie aan de activiteiten, het maakt de patiĆ«nten rustiger en het versterkt de band met de verzorgers, of het nu mantelzorgers of professionelen zijn. Het is bovendien goed voor de groepsdynamiek en uit eerder en peer-reviewed onderzoek blijkt dat het zelfs kan zorgen voor een cognitieve vooruitgang.ā€

Omwille van de beperkte omvang van haar onderzoek wil Luypaert geen al te grote conclusies vasthangen aan haar bevindingen. Ze hoopt de volgende jaren meer in detail te gaan controleren in hoeverre die besluiten overeind blijven in een grootschaliger onderzoek. In afwachting van een eventueel doctoraatsproject voegde Luypaert de daad bij het woord en doet ze nu al als vrijwilliger experimenten met erfgoed tussen de alzheimerpatiƫnten. Ze werkt bovendien aan een praktische gids om haar resultaten, methodieken en aanbevelingen toegankelijk te maken voor zowel zorgverstrekkers en cultuurwerkers.