Tegen de achtergrond van de coronapandemie vond wereldwijd een bijzonder militair machtsvertoon plaats. In veel regio’s probeerden grootmachten duidelijk te maken dat ze ondanks het virus in staat zijn om hun grondgebied te verdedigen of om toe te slaan. In veel westerse landen was er ook een moment van twijfel. Marineschepen moesten vervroegd teruggehaald worden nadat corona zich onder de bemanning had verspreid. Grote manoeuvres werden geannuleerd of ingeperkt. Het is belangrijk dat we daar een les uit trekken. Sowieso heeft de pandemie de achilleshiel getoond. Rivalen zullen het in de toekomst niet nalaten om erop in te spelen.

Dit opiniestuk verscheen eerder op knack.be (+).

Laten we om te beginnen ophouden met de bewering dat de pandemie bevestigt dat we meer moeten uitgeven aan bijvoorbeeld ziekenhuizen en minder aan defensie. ‘Wat voor zin hebben gevechtsvliegtuigen nu?’ klonk het. Ik ben het met de critici eens dat we moeten blijven investeren in gezondheidszorg en ook de oude scholen moeten moderniseren. Maar dat doet niets af aan het belang van veiligheid.

Defensie blijft belangrijk, óók de gevechtsvliegtuigen. Op 22 april, bijvoorbeeld, drongen Turkse gevechtsvliegtuigen het Griekse luchtruim binnen zonder aankondiging. Dat gebeurt wel vaker, maar nu was ook een grote vloot onder zeil in de Middellandse Zee. Het doel van de Turken was de zenuwen van de Grieken te testen en de Turkse maritieme claims te bevestigen. Eerder werden Turkse gevechtsvliegtuigen gesignaleerd boven Libië: een show of force aan het adres van de Libische krijgsheer Khalifa Haftar en een poging om de ambities van Turkije als een sterke mediterrane mogendheid in de verf te zetten. De Fransen en de Italianen, ondertussen, werden door corona gedwongen om hun militaire aanwezigheid in de Middellandse Zee terug te schroeven.

Bijna tezelfdertijd rondde Rusland grote luchtmachtoefeningen af boven de Baltische Zee en de Noordpool. Jachtvliegtuigen stegen op tot de stratosfeer en vervolgens werden raketten gelanceerd tegen een fictieve vloot. Rusland reageerde daarmee deels op een NAVO-oefening. Sinds februari organiseerde Moskou liefst veertien militaire oefeningen, vooral rondom Kaliningrad en de Zwarte Zee. Idem in China. De Chinese luchtmacht voert een zenuwenoorlog met Taiwan door bijna onophoudelijk oefeningen nabij het eiland te organiseren. De Chinese marine plant ook meer manoeuvres dan gewoonlijk, alsof ze de VS een neus wil zetten nu verschillende Amerikaanse marineschepen door corona werden teruggeroepen, en ze een koekje van eigen deeg wilde serveren nadat de Amerikanen een nieuwe raket hadden gelanceerd vanaf de Zuid-Chinese Zee.

In tijden van crisis lijkt de territoriumdrift van de grootmachten toe te nemen. Dat heeft alles te maken met afschrikking: in moeilijke tijden tonen dat je kunt terugslaan, desnoods door de werkomstandigheden van soldaten tot het uiterste te drijven. Het maakt zelfs deel uit van de militaire doctrine van Rusland en China. Zij gebruiken chaos als militair voordeel. En vooral: blijven gaan. Europese landen hebben na hun aarzeling ook wel de tanden laten zien. Belgische F-16’s, bijvoorbeeld, hebben Russische gevechtsvliegtuigen geëscorteerd. Militairen zijn opnieuw naar de Sahel vertrokken, want het terrorisme stopt niet. Om het met de woorden van de IS uit te drukken: ‘De oorlog gaat verder, ook al verspreidt het virus zich.’ Het laatste nummer van het IS-weekblad Al Naba roept zelfs om meer aanvallen uit te voeren nu het Westen is afgeleid. Angst voor het virus, zo poneert het, tast het Westen meer aan dan het virus zelf.

De schijn van zwakte en aarzeling maakt een tegenstrever vastberaden. Onze militairen moeten opnieuw leren vechten in tijden van chaos. Net zoals nu opnieuw het traditionele kompas wordt gebruikt om te anticiperen op een aanval op navigatiesystemen, moeten onze soldaten operationeel kunnen blijven tijdens andere extreme omstandigheden, zodat de terughoudendheid die nu zichtbaar was, vermeden kan worden. Dat geldt voor pandemieën, voor crashes van het dataverkeer en voor alle andere grote rampen.

Overigens mogen we er zeker van zijn dat biologische oorlogvoering na corona opnieuw intenser bestudeerd zal worden. Als een relatief ‘zwak’ virus als corona zo veel schade aanricht, wat vermogen krachtiger virussen dan niet? Van de IS weten we dat een aantal cellen biologische aanvallen hebben bestudeerd. Grootmachten als de Verenigde Staten, China en Rusland hebben onderzoeksprogramma’s in het domein. In 2017 schreef de directeur van de Chinese Nationale Defensie-universiteit waarschuwend: ‘Moderne biotechnologie toont steeds meer potentieel voor offensieve inzet.’