In klinisch onderzoek naar de werkzaamheid naar behandelingen worden in de loop van het onderzoek vaak wiskundige correcties gebruikt om het aantal deelnemende patiënten te optimaliseren. In eerdere onderzoeksstadia, waarbij proefdieren worden ingezet, zijn dergelijke wiskundige correcties nog niet courant. Nochtans zouden ze kunnen helpen om het aantal dierproeven te reduceren en dus ook het aantal proefdieren. Onderzoek aan de VUB door doctoraatsstudent Susanne Blotwijk verbonden aan de onderzoeksgroep Biostatistiek en Medische Informatica van prof. dr. Kurt Barbé, maakt dat nu mogelijk.
Al decennia lang worden in klinisch onderzoek tussentijdse of interimanalyses gebruikt. Gaandeweg worden er vaak extra analyses uitgevoerd om de kwaliteit van het oorspronkelijk experimenteel design te verbeteren. Onderzoeken of een behandeling werkt, kan soms jaren duren.
Onderzoeker Susanne Blotwijk stelt het probleem scherp: “Als het voor het einde van de studie al duidelijk is dat een behandeling werkt, hoe ethisch is het dan om mensen buiten de studie toegang tot deze behandeling te ontzeggen? Omgekeerd, als het duidelijk is dat het niet werkt, hoe kun je verantwoorden om nog meer patiënten voor je onderzoek te rekruteren?”
Het experimenteel opzet aanpassen mag uiteraard niet zomaar en vereist wiskundige correcties om te garanderen dat de resultaten en de conclusies even betrouwbaar blijven. Bij klinische proeven staan deze wiskundige correcties op punt. Voor eerdere onderzoeksfases waarbij proefdieren ingezet worden, zijn deze correcties echter niet geldig omwille van de grote verschillen in het aantal deelnemers.
De correcties voor klinische proeven zijn berekend op steekproeven met honderden of duizenden deelnemers. Om bij dierproeven interimanalyses uit te voeren, moeten de wiskundige correcties die gangbaar zijn bij klinische proeven, opnieuw ontworpen worden, specifiek op maat van veel beperktere dierproeven.
“Precies daarover handelt ons onderzoek: hoe kan je die correcties berekenen?”, verduidelijkt Blotwijk. “Om het uitvoeren van de correcties mogelijk te maken voor biomedische onderzoekers bij hun experiment, hebben we een open-source webtool ontwikkeld waar iedereen gratis gebruik van kan maken. De software helpt het experiment en het aantal proefdieren dat nodig is te optimaliseren. Op die manier wordt een correcte steekproefgrootte berekend en kan de wiskunde bijdragen tot een verdere reductie van het proefdierengebruik.”
De webtool wordt op 21 september voorgesteld tijdens het IC-3Rs-symposium op de VUB Health Campus in Jette. Het credo is more science, more care, less animals. Het Innovation Centre IC3Rs is een initiatief van de VUB opgestart door emeritus-professor Vera Rogiers om het bewustzijn en de kennis te versterken rond de 3R-principes in dierproefgebruik (Replacement, Reduction, Refinement). Samen met Sciensano is de VUB ook coördinator van het Re-Place platform waarin Belgische onderzoekers hun kennis rond nieuwe alternatieve methoden actief delen. Het online platform, dat ondersteund wordt door de federale en de Vlaamse overheid, heeft intussen al de kaap gerond van 200 nieuwe alternatieve methoden.