Naast de katholieken en de liberalen speelden ook de republikeins-radicalen een politieke rol van betekenis in de twintig eerste jaren van de natiestaat België. Els Witte (78), emeritus hoogleraar hedendaagse geschiedenis en voormalig rector van de VUB, heeft als eerste een boek aan die radicalen gewijd: Belgische republikeinen, radicalen tussen twee revoluties (1830-1850). Op basis van jarenlang onderzoek toont Els Witte het vaak tragische lot van deze activisten tegen wil en dank. Na het mislukte revolutiejaar 1848 is hun rol definitief uitgespeeld. Hun ideeën blijven evenwel doorwerken en vormen later mee de basis van de sociaaldemocratie, het progressieve liberalisme en het sociale katholicisme.

Waarom België in 1830 geen democratische republiek is geworden, maar een gematigde constitutionele monarchie is een heftig en complex verhaal dat in dit boek voor het eerst wordt geanalyseerd. Witte vat het als volgt samen: "De republikeins-radicalen waren de voorvechters van de opstand tegen de Nederlandse koning Willem I. De gewelddadige acties kwamen van hen. Er zaten een aantal militairen en oud-militairen bij en die wisten hoe je het vuur aan de lont moest steken. Het is trouwens een weerkerend patroon bij revoluties. Radicalen zorgen voor een omwenteling en de realpolitici zetten hen vervolgens hardhandig opzij. En zo ging het ook in België. Twintig jaar na de onafhankelijkheid was er van de Belgische republikeins-radicalen geen spoor meer."

De groep herleeft nog even kort in 1848 wanneer overal in Europa de revoluties losbreken. Een bijzonder harde repressie stelt een einde aan de beweging. Toch heeft de beweging sporen nagelaten. Wat België aan voor die tijd progressieve elementen kent, heeft het mede aan deze republikeinen te danken, zegt Witte: "In zekere zin waren ze de grondleggers van de verzorgingsstaat. Zo eisten zij het recht op arbeid, wat toch een heel modern begrip is, wilden zij een gemeentelijke en betere armenzorg en kwamen zij op voor sociale woningbouw. Zij wensten een overheid die een betere en rechtvaardigere maatschappij creëerde, net op het moment dat het kapitalisme zijn eerste lelijke gezicht toonde."

Waarom de republiek er uiteindelijk niet kwam is natuurlijk niet enkel een binnenlands verhaal: "Het piepjonge België besliste uiteindelijk niet zelf over zijn toekomst, maar wel Pruisen, Oostenrijk, Rusland en Engeland, allemaal konink- of keizerrijken dus. Ook België zou ook een koninkrijk worden,” besluit Witte.

Els Witte, Belgische republikeinen, radicalen tussen twee revoluties (1830-1850), Polis, 432 p., 27,50 euro.