Vandaag komt Brussels minister bevoegd voor de promotie van Meertaligheid Sven Gatz, op uitnodiging van rector Caroline Pauwels, zijn meertaligheidsbeleid voorstellen op de VUB. Sven Gatz werd vorig jaar de eerste minister ooit voor meertaligheid in Europa. Zijn beleidsplan bevat een aantal uitdagende voornemens, zoals het streven naar drietalige Brusselse jongeren, het stimuleren van meertaligheid in het Brusselse bedrijfsleven, en de mogelijkheid om een internationaal expertisecentrum rond meertaligheid op te richten.
“Wij willen met minister Gatz het gesprek aangaan over de rol van universitair onderzoek in het officiële taalbeleid, maar ook over de positie van de VUB als een actieve en positieve kracht in meertalig Brussel. Samen met onze zusteruniversiteit ULB houden we bijvoorbeeld al langer een pleidooi voor de oprichting van meertalige secundaire scholen in Brussel", aldus rector Caroline Pauwels.
De Vrije Universiteit Brussel heeft, door de kosmopolitische omgeving waarin zij zich bevindt, sinds jaar en dag expertise opgebouwd over taal, taaloverdracht, meertaligheid. Het debat wordt dan ook gevoerd met deskundigen die excelleren in hun vak en die een reputatie tot ver over de grenzen van ons land op het gebied van meertaligheid hebben opgebouwd:
Alex Housen is decaan van de Faculteit Letteren en Wijsbegeerte en hoogleraar Engelse Taalkunde en Tweedetaalverwerving. Hij verricht onderzoek naar tweede/vreemde taalverwerving en onderwijs, meertaligheid en meertalig onderwijs in België, de Europese Scholen en in het buitenland (Nederland, Duitsland, Zweden, Italië, het VK en Letland). Hij fungeert als expert over taalonderwijs en meertaligheid voor verschillende ministeriële en andere overheden en organisaties, in zowel België (bijv. de CLIL Adviescommissie van het Vlaams Ministerie van Onderwijs), als het buitenland (bv. UNESCO, Soros Foundation, Israeli Council of Higher Education) - Bulté, B. & Housen, A. (2019). L2 complexity development in CLIL and non-CLIL secondary education. Instructed Second Language Acquisition, 3, 2, pp. 153-180.
“Het succes van meertalig onderwijs, en van een meertalig onderwijsbeleid, is niet enkel een zaak van wat er op school en in de klas gebeurt, maar ook, en vooral, van wat er buiten de school gebeurt."
Jill Surmont werkt als vakdidacticus talen aan het Multidisciplinair Instituut voor LerarenOpleiding (MILO) van de VUB. Haar onderzoek focust zich op het leerproces van leerlingen die de onderwijstaal niet (goed) beheersen. Dit gaat zowel over zogenaamde “anderstalige” leerlingen als leerlingen die les volgen in een CLIL (content and language integrated learning) setting. Ze ziet haar rol als onderzoeker als die van een bruggenbouwer tussen de verschillende onderwijsstakeholders: ze onderzoekt problemen waar leerkrachten tegen aanlopen en koppelt nieuwe inzichten terug aan het werkveld en/of beleidsmakers. Ze geeft nascholingstrajecten en workshops (het prioritaire nascholingstraject “Klaar voor CLIL”), schrijft mee aan boeken voor leerkrachten (“Haal meer uit meertaligheid”) en ontwikkelt lesmateriaal met en voor leerkrachten. www.wtnschp.be/wetenschap/maatschappij/wie-het-kleine-niet-eert-is-het-…
Rudi Janssens is taalsocioloog en de man achter het taalbarometeronderzoek, dat sinds 2001 alle 5 jaar de evolutie van de taalkennis, het taalgebruik en taalgerelateerde attitudes in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest in kaart brengt. De focus ligt hierbij onder meer op de manier waarop taalverweving binnen het gezin en intergenerationeel evolueert, welke talen men in Brussel spreekt op de werkvloer, bij het winkelen, in de vrije tijd et cetera. Janssens is eveneens lid van het MIME-consortium, een internationaal netwerk gericht op ‘Mobility and Inclusion in a Multilingual Europe’, meer bepaald op het effect van mobiliteit en migratie op het taalbeleid in Europese steden. JANSSENS Rudi (2018a). Meer-taligheid als opdracht. Een analyse van de Brusselse taalsituatie op basis van taalbarometer 4. Brussel: Vubpress
Wim Vandenbussche is neerlandicus en geeft les over taalcontact, taalplanning en sociale meertaligheid. Als lid van de Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal en letteren is hij ook gevoelig voor de positie van het Nederlands in de meertalige Brusselse en Europese realiteit. “Zorg voor het Nederlands gaat perfect samen met meertalig onderzoek en onderwijs op een diverse universiteit in het hart van Europa.” Hij stuurde de voorbije jaren de uitbouw van een taalbeleid aan voor de VUB, dat sterk inzet op de ondersteuning van het Nederlands bij studenten maar ook op de verfijning van de Engelse en Franse taalvaardigheid. “Ons taalbeleid wil studenten maximaal kansen geven. Het is een integraal deel van de sociale missie van de VUB, en van ons engagement voor Brussel.”