Vorige week werd de 5de Brusselse Taalbarometer officieel voorgesteld. Al 25 jaar onderzoekt de VUB het taalgebruik en de taalkennis van de Brusselaar. Dat die kosmopolieter is dan ooit tevoren, blijkt uit de resultaten. ‘De taaldiversiteit in Brussel neemt sterk toe’, bevestigt onderzoeker Mathis Saeys. “Tegelijk stijgt het aantal Brusselaars dat noch Frans, noch Nederlands, noch Engels spreekt”

Allereerst: u werkte als onderzoeker mee aan de nieuwe taalbarometer. Hoe kwam hij tot stand?

Mathis Saeys: “Klopt, die is er gekomen op basis van een representatieve steekproef uit het Rijksregister, met als doel om het taalgebruik in Brussel op een wetenschappelijke manier in kaart te brengen. Het concept van de taalbarometer hebben we dan weer te danken aan sociolinguïst wijlen Rudi Janssens. Die wou zo een beter zicht krijgen op de verschillende talen die hier gesproken worden. “

Hoe divers is dat taalgebruik in onze hoofdstad, anno 2024?

“Alsmaar diverser, zou ik zeggen. Terwijl er in de allereerste taalbarometer in onze hoofdstad nog 72 verschillende talen gesproken werden, zijn dat er nu al 104, en allicht zijn dat er zelfs méér. Echt verwonderlijk is dat niet, aangezien Brussel een stad is waar momenteel maar liefst 180 nationaliteiten samenleven. De top drie blijft de laatste jaren wel ongewijzigd: Frans blijft de meest gekende taal in Brussel, Engels versterkt haar positie als tweede meest gekende taal en Nederlands staat op nummer drie.”

In de vorige taalbarometers werd het beeld van het Frans als dominante taal al stevig doorprikt. Wat zijn de huidige bevindingen?

“Numeriek blijft Frans nog wel altijd de belangrijkste thuistaal, maar haar aandeel blijft wél verder dalen, meer bepaald van 51,8 procent in 2001 tot 41,3 procent nu. “

Mathias Saeys

Mathias Saeys

“Het aanbieden van Nederlandse taalcursussen is zeker ook een opportuniteit voor de VUB.”

En wat met de kennis van het Nederlands?

“Algemeen zien we dat de kennis van het Nederlands in Brussel achteruitgaat (33 procent in 2000 tegenover 22,3 procent nu). Maar we merken wel een duidelijke kentering: deze taalbarometer toont aan dat die Nederlandse kennis opnieuw verbetert. In 2018 gaf slechts 16 procent aan Nederlands te spreken, een stuk minder dan nu. Dat is toch opmerkelijk.

Tegelijk zien we dat de gezinnen waar het Nederlands wordt gesproken én doorgeven naar de volgende generatie stabiel blijft. Meer nog: wie het Nederlands spreekt, doet dat vandaag niet alleen meer, maar ook beter, zo blijkt uit ons onderzoek. Dat heeft enkele oorzaken. Enerzijds is er een toenemende groep van Nederlandstaligen uit Vlaanderen die zich in onze hoofdstad komen vestigen en anderzijds is er het succes van het Nederlandstalige onderwijs waar vooral de jonge Brusselaars baat bij hebben. De invloed van het onderwijs op de talenkennis kan niet onderschat worden.”

Is die invloed in alle scholen vergelijkbaar?

“In detail hebben we dat niet onderzocht. Wél opvallend: van de Brusselaars die in het Franstalige onderwijs in Brussel naar school gingen, zegt maar 6,5 procent Nederlands te spreken. In 2000 was dat nog 20 procent. Daartegenover staan de Brusselaars die in het Nederlandstalige onderwijs schoolliepen. Van hen zegt maar liefst 83 procent Frans te spreken. Dat is best een hoog cijfer én een groot verschil met de eerste groep.”

Hoeveel Brusselaars beheersen de drie contacttalen (F, E, Ndl)?

“Op dit moment is dat 12,6 procent van de Brusselaars, in 2000 lag dat cijfer hoger (16,4 procent). Ongeveer de helft van de inwoners gebruikt minstens twee van de contacttalen. Tegelijk stijgt het aantal Brusselaars dat noch Frans, noch Nederlands, noch Engels spreekt. Het gaat om ongeveer een op de tien Brusselaars, in de praktijk vooral niet-EU-onderdanen van middelbare leeftijd die laag tot middelmatig geschoold zijn.”

Hoe belangrijk is de kennis van die contacttalen als je in Brussel woont?

“Cruciaal zou ik durven stellen. De kennis van die contacttalen opent niet alleen deuren op sociaal en vrijetijdsvlak, maar maakt ook iemands integratie op de arbeidsmarkt makkelijker. Voor de meeste jobs in Brussel moet je nu eenmaal minstens twee contacttalen spreken. De rol van het Nederlands mag hierbij niet onderschat worden. Brusselaars beseffen dat en dus merken we ook een toenemende vraag naar Nederlandse taallessen. Cijfers? Een vierde van de Brusselaars heeft in het verleden een taalcursus gevolgd, en een vierde daarvan een cursus Nederlands. Het aanbieden van zulke taalcursussen is zeker ook een opportuniteit voor de VUB. Een actueel geslaagd voorbeeld is bijvoorbeeld de cursus ‘Medisch Frans’ die je kansen voor een job in de gezondheidszorg alleen maar doet toenemen.”

Welke andere talen staan er in de top 10 van de meest gesproken talen in Brussel?

“Dat zijn respectievelijk Spaans, Arabisch, Italiaans, Duits, Portugees, Turks en voor het eerst in die top tien ook een Oost-Europese taal, het Roemeens.”

Tot slot: hoe ziet de volgende taalbarometer, binnen vijf jaar, eruit, denkt u?

“Die zal allicht nog complexer zijn, met nóg meer meertaligheid van de Brusselaars. Ook de positie van het Nederlands in onze hoofdstad zie ik nog verstevigen. Brussel is meer dan ooit een stad van vele talen, en dat zal de komende jaren alleen maar duidelijker worden.”

Mathias Saeys

Mathis Saeys is Master in de Politieke Wetenschappen en Master in de Urban Studies. Als jonge onderzoeker voerde hij mee het onderzoek uit naar de Mapping en analyse van meertalige initiatieven in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Bij BRIO is hij verantwoordelijk voor het taalbarometeronderzoek in Brussel en de Vlaamse Rand.