Tekst: Jan Meeus / Foto: Saskia Vanstichelen

De een stond in 1983 mee aan de wieg van 'de Moeial' en is verbaasd dat het blad vandaag nog altijd bestaat. De ander is net herverkozen als hoofdredacteur en kan zich moeilijk voorstellen dat het er ooit niet was. Gert Ysebaert, tegenwoordig CEO bij Mediahuis Groep, en Jan Meeus, student Kunstwetenschappen en Archeologie, interviewen elkaar over het ontstaan en de toekomst van 'de Moeial'.

Ysebaert: Er was in mijn tijd eigenlijk geen onafhankelijk medium aan de VUB. De koepel van studentenverenigingen had wel een blad, maar dat was zeer studentikoos en ging vooral over welke fuiven er gepland waren enzovoort. Wij vonden dat er, naar het voorbeeld van Schamper en Veto in Gent en Leuven, ook een echt onafhankelijk, journalistiek studentenblad moest zijn. Het precieze verhaal achter de naam weet ik niet meer, maar het idee was duidelijk dat wij ons wilden moeien en kritisch zijn voor het beleid en wat er gebeurde aan de universiteit. Dat was wel een statement aan de leiding van de universiteit.

Meeus: Wat herinnert u zich nog van die beginjaren?

Ysebaert: We werkten zeer democratisch. Via een stemming was ik algemeen coördinator, maar het idee van ‘hoofdredacteur’, met een echte hiërarchie, was toen vrij vies en eigenlijk not done. Dat geeft de sfeer van toen wel goed weer denk ik. We hadden een klein team en het was wel een uitdaging om het volledig gevuld te krijgen. Het productieproces was zeer archaïsch en nam veel tijd in beslag; alles werd nog met de hand geknipt en geplakt. We gebruikten vooral tekeningen en er zat ook veel satire in. De financiering was ook een uitdaging. Uiteraard werd er niemand betaald en onze middelen gingen bijna allemaal naar de drukker. Stellen jullie je soms de vraag of het nog de moeite is om op papier te verschijnen?

 

Gert Ysebaert:

Het idee van ‘hoofdredacteur’, met een echte hiërarchie, was toen vrij vies en eigenlijk not done.



Meeus: We knippen en plakken ondertussen met de computer, maar wat u vertelt klinkt allemaal heel herkenbaar. (lacht) Op dit moment vinden we het ook nog altijd de moeite waard om op papier te verschijnen, omdat we met het magazine een ander publiek bereiken dan met de site. Het geeft daarnaast ook meer zichtbaarheid op de campus en het is ook fijn voor onze mensen die allemaal vrijwillig artikels, foto’s of tekeningen maken om, hun werk in een magazine te zien. Denkt u dat er veel veranderd is? Hebt u nog tips voor ons?

Ysebaert: Het lijkt mij inderdaad niet enorm veranderd. Ik heb het maar kort doorbladerd, maar het ademt wel nog die kritische geest van toen. Ik denk dat het voor een studentenblad een hele opgave is om niet te vervallen in fait divers, en ik vind het ook terecht dat jullie voor deze vorm kiezen, die toch een zekere levensduur heeft. Ik had wel gedacht dat de site veel belangrijker zou zijn. Als je echt dé bestemming zou willen zijn waar mensen terechtkunnen voor wat er gebeurt, bijvoorbeeld op het vlak van activiteiten, denk ik dat je wel aan relevantie kunt winnen. Maar dan leg je de lat natuurlijk wel hoog. Het blad ademt ook een grote sérieux, door de lay-out en langere interviews. Dat is zeker ook de bedoeling, maar mensen zien soms wel graag bijvoorbeeld een dubbele fotospread met wat er gaande is en waar ze misschien iemand op herkennen. Maar wat is jouw ambitie eigenlijk voor volgend jaar?

Meeus: Vorig jaar hebben we veel achter de schermen gewerkt. We zijn verhuisd, hebben een budgetverhoging gekregen van de Studentenraad en lanceren aan het begin van het academiejaar onze nieuwe website. Het is dus inderdaad de bedoeling om meer de digitale weg in te slaan, zonder het magazine op te geven. Het belooft alvast een interessant jaar te zijn met de viering van het vijftigjarig bestaan van de VUB en de rectorverkiezing.

 

Jan Meeus:

Het is de bedoeling om meer de digitale weg in te slaan, zonder het magazine op te geven.

 

--

Een volledig overzicht van ons feestmagazine vindt u hier.

Twee Moeiallen bijeen foto in tekst