VUB-taalkundeprofessor Rik Vosters selecteerde voor de Europese Dag van de Talen (26/9) zijn persoonlijke top tien van recente boeken over taal.
- Atlas van de Nederlandse Taal (Fieke Van der Gucht, Johan De Caluwe, Mathilde Jansen en Nicoline van der Sijs – Lannoo, 2017).
Koffietafelboeken over taal zijn eerder zeldzaam, maar dit is zonder twijfel een parel in zijn soort: rijkelijk geïllustreerd met tekeningen, grafieken en kaartjes, maar ook boordevol thema’s over taal, van wielerwoordenschat en dialectkenmerken (‘hoe herken ik een Limburger?’) tot Nederlands in de wereld en nieuwvormingen als concullega’s of doemdenken.
- Babel. De 20 Reuzentalen van de Wereld (Gaston Dorren – Athenaeum, 2019).
Met dit boek won taaljournalist Gaston Dorren de Onze Taal/ANV-Taalboekenprijs 2019, en terecht! Het is een spannende verkenning van de twintig grootste talen ter wereld, van Duits tot Vietnamees, van Frans tot Swahili. Hier geen saaie grammaticalijstjes of woordenrijtjes, maar een meeslepend relaas vol cultuur, geschiedenis en persoonlijke ervaringen. Of, zoals The Times schreef over de Engelse versie: 'Babel is a story not of nouns and consonants, but of empires and continents'.
- The 5 Minute Linguist (Caroline Myrick & Walt Wolfram – Equinox, 3de editie, 2019).
Taalwetenschap klinkt maar saai? Niet met deze inleiding linguïstiek, bestaande uit heel wat prangende vragen die door vakspecialisten beantwoord worden in korte, toegankelijke stukjes. Geef toe: u heeft altijd al willen weten hoeveel talen een mens kan leren, wat nu eigenlijk het verschil tussen een taal en een dialect is, of hoe taalinzicht gebruikt wordt om misdadigers op te sporen!
- Taal voor de Leuk (Paulien Cornelisse – Uitgeverij Cornelisse, 2018).
Cabaretier Paulien Cornelisse is virtuoos in het luchtig schetsen van herkenbare dialoogjes en rake observaties over taal. In tientallen korte stukjes proeft ze de gebruikswaarde van woorden als dag (‘ja, da-hag!’), introduceert ze de bijnaiku als nieuwe dichtvorm, en vraagt ze zich met een grijns af waarom de verleden tijd van gangbangen niet gangde bang mag zijn. Binnenprettig gegrinnik gegarandeerd!
- Het Succes van Tweetalig Opvoeden. Gids voor ouders en opvoeders (Elisabeth van der Linden & Folkert Kuiken – Acco, 2012).
Uiteraard een aanrader voor iedereen die erover nadenkt om kinderen twee- of meertalig op te voeden, met wetenschappelijk onderbouwde antwoorden op vragen als Moet iedere ouder zijn of haar eigen taal spreken?of Kun je een als klein kind geleerde taal weer vergeten?
- Strijden om Taal. De Belgische Taalkwestie in Historisch Perspectief (Els Witte & Harry Van Velthoven – Pelckmans, 2010).
Een standaardwerk voor geschiedenisliefhebbers die de taalstrijd in een historisch perspectief willen begrijpen. Van de vernederlandsingspolitiek van Willem I tot de splitsing van de tweetalige universiteiten in de jaren 1960: op basis van decennia onderzoek overlopen Witte & Van Velthoven de taalsociologische evoluties die aan de basis liggen van onze meertalige, federale staat.
- 15 Eeuwen Nederlandse taal (Nicoline van der Sijs – Sterck & De Vreese, 2019).
Nicoline van der Sijs schreef de meest recente taalgeschiedenis van het Nederlands, die de wortels van onze taal traceert van de Proto-Indo-Europese grondtaal over het Oud- en West-Germaans tot het ons bekende(re) Oud-, Middel- en Nieuwnederlands. De rode draad in het boek is hoe contact tussen sprekers van talen en dialecten de drijvende kracht bij uitstek achter taalevolutie is – en blijft!
- Dutch: Biography of a Language (Roland Willemyns – Oxford University Press, 2013).
Waar de taalgeschiedenis van Van der Sijs sterk op Nederland is gericht, ligt de focus in deze Engelstalige ‘taalbiografie’ van Roland Willemyns op zowel Noord als Zuid. Deze Engelstalige voortzetting van het Verhaal van het Vlaams (Standaard, 2003) neemt de lezer mee door eeuwen taal- en cultuurgeschiedenis, maar besteedt ook ruim aandacht aan actuele thema’s, evenals het Afrikaans en ‘koloniaal Nederlands’.
- Buurtaal. Praktische gids voor het Nederlands in België en Nederland (Miet Ooms – Sterck & De Vreese, 2020).
De hierboven genoemde Atlas van de Nederlandse Taal verscheen eigenlijk in tweevoud: naast de Nederlandse editie bracht de uitgever ook een aparte Vlaamse versie op de markt, met aangepast taalgebruik en andere voorbeelden. Dit soort Nederland-Vlaanderenverschillen zijn dan ook couranter dan we denken. In Buurtaalbiedt Miet Ooms – bekend van haar fascinerende taalkaartjes op www.taalverhalen.be – een helder en systematisch overzicht van talige noord-zuidverschillen, met veel aandacht voor de relatie tussen taal, maatschappij en cultuur.
- Een Sprinter is een Stoptrein zonder WC. De Sturende Kracht van Taal (Ronny Boogaart – Amsterdam University Press, 2015).
Sommige mensen houden van letterlijke betekenissen in taal. Een arrestant die ‘homo!’ naar een politieagent riep, werd in de rechtbank vrijgesproken omdat de rechter vond dat ‘homo’ als afkorting voor ‘homoseksueel’ eigenlijk geen scheldwoord kon zijn. Maar zo werkt taal natuurlijk niet, betoogt Ronny Boogaart op meesterlijke wijze: aan de hand van honderden fascinerende voorbeelden laat hij zien hoe de kracht van taal altijd uitgaat van bedoelde en geïmpliceerde betekenissen, eerder dan van letterlijke of etymologische lezingen.