Onder de werktitel Circularity for All onderzoekt ir-architect Margaux Lespagnard, doctoraatstudent van het departement Architectonische Ingenieurswetenschappen van de VUB, hoe circulair bouwen kan leiden tot beter betaalbare woningen. Klassieke huizen worden gebouwd en weer gesloopt als ze niet meer voldoen. Daarbij worden zo goed als alle afgebroken grondstoffen in een container gegooid en afgevoerd naar een stortplaats. Bij huizen die op een intelligente manier circulair worden gebouwd zijn de slopingsproducten gewoon weer bouwelementen voor een nieuwe woning en hebben ze een aanzienlijke restwaarde. 

Voor haar onderzoek bekijkt Lespagnard naast de bouwtechnische kant van het circulair bouwen ook de financiële consequenties ervan op lange termijn. “Wie nu circulair bouwt kan na verloop van tijd gewoon een muur demonteren en die op een andere plek in zijn huis weer monteren”, zegt ze. “Dat hergebruik kan ver gaan: met al die herbruikbare bouwelementen kan je in theorie zelfs een volledig ander huis op een andere plek bouwen. Door de herbruikbaarheid wordt renoveren goedkoper. De bouwelementen zijn bovendien ideaal voor zelfbouwers, en zelf aan de slag gaan kan de prijs drukken.” 

Enkele producenten zijn al op die markt gesprongen en maken gevelbakstenen die niet meer met cement maar met een kliksysteem in elkaar worden gezet en ook gewoon weer als lego-bouwblokken uit elkaar kunnen worden gehaald. “Er is een groot potentieel voor dat soort bouwelementen, zelfs voor volledige bouwpakketten à la Ikea”, zegt Lespagnard. “Als er genoeg van die gestandaardiseerde bouwelementen op de markt komen dan wordt het herverkopen van die bouwelementen, waarvan de gebruiksduur voorbij is, aan nieuwe jonge bouwers financieel een stuk interessanter. Ideaal is er dan geen afval meer.” 

Lespagnard werkt nu aan een rapport waarin ze vijftien dimensies vastlegt voor betaalbaar wonen. Daarin staan naast input over geld en materialen ook aandachtspunten over de sociale kant van het wonen. Ze hoopt dat haar collega-architecten rekening zullen houden met de dimensies in hun eigen architectuurpraktijk en ze zullen linken aan circulaire bouwstrategieën in hun bouwprojecten. “Het is belangrijk dat die strategieën gekoppeld zijn aan de doelen van die concrete bouwprojecten en dat ook de financiële consequenties ervan bekeken worden”, vindt Lespagnard. “Als architect moet je met je cliënt kijken welke opties op lange termijn het voordeligst zijn of het beste renderen en dat in relatie met de levenswijze van de bewoners.” 

Verder doet Lespagnard nog onderzoek naar alternatieve (samen)woonvormen, omdat ook die een invloed kunnen hebben op de betaalbaarheid van woningen. “Ik ga binnenkort naar Finland om daar de zogenaamde housing companies te bestuderen. In Finland is bijna een derde van de woningmarkt in die woonbedrijven georganiseerd. Het zijn niet echt bedrijven, eerder coöperatieve vennootschappen, waar de aandeelhouders of de coöperanten geen eigenaar zijn van een huis, maar er een soort huur voor betalen die daalt al naargelang het de grootte van het aandeel dat je hebt gekocht. Je wordt ook niet echt eigenaar van je huis, maar krijgt er woonrecht. En als je moet verhuizen of je wil eens iets anders, dan kan je je aandeel weer verkopen en je elders weer inkopen. In tegenstelling tot traditionele huur bouw je via aandelen een kapitaal op”

De vijftien dimensies van het circulaire bouwen (beeld Margaux Lespagnard-VUB)

2023_vijftien_dimensies_van_het_circulaire_bouwen_Margaux_Lespagnard

© Margaux Lespagnard