In de maand mei zet de VUB haar waarden rond het vrijheidsdenken in de verf met de campagne ‘Vrij denken. Overal!’ Samen met professor Merijn Chamon staan we stil bij V-dag op 8 mei (80 jaar vrede) en de Dag Van Europa op 9 mei (75 jaar Europese samenwerking). 

Beide dagen zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden, omdat de voorloper van de EU (de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal, EGKS) in het leven werd geroepen om de vrede na WO II in stand te houden. Nu, 80 jaar later, zegt ons buikgevoel dat alles weer op losse schroeven staat. Gelukkig zijn er juristen als Merijn Chamon die niet op dat gevoel afgaan. Merijn is professor EU-recht aan de VUB; zijn onderzoeksgebied omvat het grondwettelijk en institutioneel recht van de Europese Unie. 

Wanneer ontstond het verhaal van vrede en eenheid in Europa? 

Merijn Chamon: “We vieren op 9 mei het historische voorstel van Robert Schuman, de Franse minister van Buitenlandse Zaken in 1950, dat de basis vormde voor Europese samenwerking. Er waren al pogingen vóór WO II om een Europese federatie op te richten, van de Franse minister Briand. Na WO I wilde men namelijk voorkomen dat er opnieuw een oorlog zou komen. Het plan heeft niet gewerkt, vooral omdat het idee van een federatie te ambitieus was. Na WO II kwam dezelfde doelstelling weer op tafel en werd het idee van vrede gerealiseerd op een niveau van een meer bescheiden samenwerking en enkel op het gebied van kolen en staal. Dat was geen toeval, want de oorlogsindustrie draaide op kolen en staal. Door het onder een gezamenlijk beheer te plaatsen van de EGKS zou het moeilijker worden om die sectoren aan te wenden voor de oorlogsindustrie. Maar de bedoeling was niet om tot een federatie te komen, wel tot een samenwerkingsverband tussen bestaande staten. Die samenwerking werd steeds hechter en leidde tot een interdependentie van elkaar: als er iets gebeurt in Nederland, voelen we dat in België en omgekeerd. En vanaf het moment dat men die interdependentie juridisch erkende, hield het geen steek om te doen alsof we volledig soevereine staten waren die los van elkaar konden opereren. We begonnen met kolen en staal, intussen is er amper nog iets te bedenken waar geen EU-samenwerking is. Niet omdat er een duivels plan achter zou zitten om een superstaat te creëren, wel om de interdependentie zoveel mogelijk te beheren.” 

"Een nationaal politicus kan hard uitvaren tegen de EU. Noch de EU, noch burgers van andere lidstaten kunnen hem in het stemhokje afstraffen"

Staat Europees recht dan boven nationaal recht? 

“Niet per se. Als er een conflict tussen die twee is, dan wordt er voorrang gegeven aan Europees recht. Dat lijkt spectaculair, maar is in feite de logica zelve, want als elke lidstaat bepaalt dat hun recht voorrang heeft, dan heeft samenwerking geen enkele zin. Eigenlijk is die discussie over wie voorrang heeft, een theoretische voor academici en voor politici die campagne willen voeren. In Nederland wordt de rechtse regering die ‘minder Europa’ wil door hun eigen rechters teruggefloten, omdat hun plannen in tegenspraak zijn met Europese verdragen. Maar er zijn ook landen, met name Hongarije, waar nationale rechters stelselmatig onder de controle van de regering gebracht worden.” 

Wordt er vanuit de EU tegemoetgekomen aan de populistische tendens om weer op eigen benen te staan? 

“Niet echt, we gaan voor steeds meer integratie. Toch is het Europees recht zeer flexibel met aandacht voor nationale gevoeligheden. Het idee dat er van alles wordt opgelegd aan de lidstaten klopt niet. Het zijn de lidstaten zelf die de regels vastleggen in de Raad van Ministers. Meestal niet met unanimiteit, maar wel altijd met zeer ruime meerderheden. Naar de eigen achterban wordt er dan wel een ander verhaal gebracht. Voor die politici is het ook makkelijker om het hard te spelen tegen de EU. In Vlaanderen kun je punten scoren door je hard op te stellen tegen Walen. Je hebt aan hen toch geen stemmen te winnen of verliezen. Iets gelijkaardigs zie je ook op EU-niveau. Een nationaal politicus kan hard uitvaren tegen de EU, omdat noch de EU, noch burgers van andere lidstaten hem in het stemhokje kunnen afstraffen. Die politicus ligt niet wakker van hoe populair die is in andere landen.”

"Wat de EU-sancties tegen Rusland betreft is ook unanimiteit nodig en dan zitten we verveeld met het Trojaans Paard Hongarije"

Merijn Chamon

Merijn Chamon, professor EU-law

Kleinere landen zouden weinig te vertellen hebben. 
“Om een besluit goedgekeurd te krijgen in de Raad van Ministers van de EU, is een dubbele meerderheid nodig: minstens 55% van de lidstaten moet vóór stemmen, en die landen moeten samen minstens 65% van de EU-bevolking vertegenwoordigen. De lidstaten willen dat de EU zo democratisch mogelijk functioneert, maar tegelijkertijd blijft de Unie een internationale organisatie en geen federale staat. Dit zorgt voor een spanningsveld: bijvoorbeeld, België telt bij de 55%-regel even zwaar mee als Duitsland, hoewel Duitsland veel meer inwoners heeft. Daarom is er een tweede component toegevoegd: de 65%-regel. Die zorgt ervoor dat landen met een grotere bevolking, zoals Duitsland, ook een zwaarder gewicht in de schaal leggen. Deze dubbele meerderheid – 55% van de lidstaten én 65% van de bevolking – is een compromis. Het systeem bewaakt zo de democratische legitimiteit van beslissingen, zonder dat de EU wordt gedomineerd door alleen de grootste lidstaten.” 

Maar bij steun aan Oekraïne blokkeert notoire dwarsligger Hongarije alles? 

“Je hebt hierbij te maken met het Gemeenschappelijk Buitenlands- en Veiligheidsbeleid van de EU. In principe is er voor dergelijk beleid een unanimiteit van stemmen nodig. Elke lidstaat heeft een vetorecht over het EU-beleid, en behoudt tegelijk zijn eigen buitenlandbeleid. Nederland en Denemarken doneerden F-16’s aan Oekraïne, niet omwille van een EU-besluit, maar uit eigen wil. Wat de EU-sancties tegen Rusland betreft is ook die unanimiteit nodig en dan zitten we verveeld met het Trojaans Paard Hongarije. Toch stemmen de Hongaren voorlopig nog altijd mee met de EU-sancties. Mochten ze tegenstemmen, dan kan elke lidstaat op eigen initiatief de Russische oorlogseconomie sanctioneren. Als het gaat om geld naar Oekraïne te sturen dan doen de Hongaren tot op het laatste moment lastig en worden er achter de schermen compensaties aan hen gegeven.” 

Gooi ze eruit, hoor je velen denken. 

“Juridisch gezien kan dat niet. Er is een procedure om als lidstaat zelf uit de Unie te stappen, niet om er iemand tegen zijn wil uit te zetten. Er zijn wel mogelijkheden om een lidstaat het stemrecht te ontnemen. Voor die procedure is er een akkoord nodig van alle andere lidstaten, wat er waarschijnlijk nooit komt omdat er altijd een andere lidstaat zal zijn die dwarsligt. Onder de vorige Poolse regering was dat Polen, en nu heeft Slowakije die rol overgenomen. Vandaar dat er afgelopen jaren een ander instrument werd gecreëerd om ervoor te zorgen dat EU-gelden voor een bepaald land bevroren kunnen worden als er in die lidstaten rechtstaatproblemen zijn met een impact op de EU-begroting. Als er bijvoorbeeld geen onafhankelijke rechter meer is waar een burger of bedrijf bij terecht kan voor een niet correct verlopen openbare aanbestedingsprocedure. Maar dat is een druppel op een hete plaat; het zou makkelijker zijn mocht er gehandeld kunnen worden zoals in de Raad van Europa, die los opereert van de EU. Daar werd Rusland uitgezet na de inval in Oekraïne.”  

"Als het Internationaal Gerechtshof een arrest velt dan kan een soevereine staat zich daar niets van aantrekken"

Nog even het buikgevoel laten spreken: de rol van internationale organisaties als de VN wordt compleet uitgehold. 

“In de Veiligheidsraad van de VN hebben bepaalde landen een vetorecht. Rusland zal daar dus nooit veroordeeld worden. Men kan wel een resolutie aannemen tegen de Russiche bezetting, maar dan is er nog altijd een staat nodig die een leger stuurt om de resolutie af te dwingen. De daadkracht van een internationale organisatie is op zich dus zeer beperkt. Het respect voor internationaal recht hangt af van of men te goeder trouw is. Als het Internationaal Gerechtshof een arrest velt dan kan een soevereine staat zich daar niets van aantrekken. Er bestaat geen internationaal leger, geen EU-leger. En als het Europees Hof van Justitie een oordeel velt, dan hangt het af van hoe beschaafd staten en politieke leiders zijn om te aanvaarden dat we een stelsel hebben opgericht met een scheiding der machten, waarbij de uitvoerende macht het oordeel van de rechterlijke macht moet respecteren. Dat is een kwestie van beschaving.” 

Die beschaving lijkt de laatste tijd ver te zoeken. Europa moet toch zaken kunnen afdwingen? 

“We denken al heel lang aan een Europees leger. Voor sommigen is dat vloeken in de kerk omdat de EU een vredesproject is. Aan de andere kant houdt het ook geen steek om geen leger te hebben omdat de veiligheid in België afhangt van hoe veilig het is in de EU-lidstaten aan de grens met Rusland. Als je dat aanvaardt dan is de stap naar een Europees leger een logische consequentie. Ook omdat de NAVO op dit moment niet op de VS kan rekenen.”  

We hebben het nu over zaken die we al dan niet van bovenaf kunnen opleggen. Maar wat te doen met al het gelobby dat de EU van onderen uit beïnvloedt? Moet daar niet meer controle op komen? 

“Lobbyen is in principe iets positiefs. Want voor politici is het vaak moeilijk om voeling met de basis te behouden. Dat zijn niet alleen burgers maar ook bedrijven en instellingen. Zolang het gaat over signalen vanuit de maatschappij overbrengen, is dat zeer nuttig. Het risico bestaat natuurlijk dat bepaalde belangen gemakkelijker hun weg vinden dan andere en dat we geen zicht hebben op wie concreet toegang heeft tot de politici. Daarom heeft de EU een transparantieregister en een verplichte aanmelding van lobbyisten en registratie van de ontmoetingen. Het systeem is niet waterdicht, maar op dit vlak is de EU transparanter dan België of de VS.” 

Wil je je verdiepen in de krachten die de wereldpolitiek vormgeven? 

Ontdek VUB's opleidingen:

Bacheloropleidingen:  GeschiedenisPolitieke wetenschappen Social Sciences
Masteropleidingen:  European Integration European and international governancJournalistiek Journalism and media

ONTDEK ALLE OPLEIDINGEN